Plant zaailingen 30-40 cm uit elkaar, op dezelfde diepte als hun oorspronkelijke containers.
6. Geef de meloenen water:
Houd de grond constant vochtig maar niet drassig en geef grondig water om de wortelzone te bereiken. Mulch om vocht vast te houden.
7. Bied ondersteuning:
Gebruik hekjes of palen om de wijnstokken te ondersteunen en ruimte te besparen. Train de wijnstokken verticaal als de ruimte beperkt is.
8. Meloenen bemesten:
Voeden met een uitgebalanceerde meststof rijk aan kalium en fosfor, volgens de aanwijzingen om overbemesting te voorkomen.
9. Bestuiving:
lees meer op de volgende pagina